Kalanchoë stekken
Wist je dat de Kalanchoë één van de makkelijkste kamerplanten is om te vermeerderen? Deze populaire bloeier kun je eenvoudig stekken via blad- of stengelstekken. In dit artikel delen we praktische tips en persoonlijke ervaringen voor succesvolle Kalanchoë-stekken.
Kalanchoë stekken: eenvoudig vermeerderen
Als fervent plantenliefhebber heb ik al tientallen Kalanchoë's gestekt. Wat deze plant zo bijzonder maakt? Sommige soorten produceren zelfs kleine babyplantjes langs hun bladranden - een fascinerend gezicht! Of je nu kiest voor stengelstekken of werkt met deze natuurlijke 'pups', met deze methodes vergroot je je plantencollectie moeiteloos.
Stengelstekken: mijn bewezen methode
Na veel experimenteren is dit mijn favoriete stekmethode geworden. Het belangrijkste: kies een gezonde moederplant. Vorig jaar probeerde ik stekken te nemen van een verzwakte plant, met teleurstellend resultaat - slechts 1 op de 5 stekken sloeg aan.
Stap 1: De perfecte stek kiezen
Ik zoek altijd naar stevige stengels met 3-4 gezonde bladeren. Gebruik een schone snoeischaar (ik desinfecteer met alcohol) en knip net onder een bladknoop. Verwijder de onderste bladeren - hier ontstaan straks de wortels.
Stap 2: Wortelen op water
Persoonlijk vind ik water het fijnst om mee te werken. Vul een glaasje met lauw water en zet de stek erin, zonder dat de bladeren nat worden. Plaats het op een lichte plek (maar niet in direct zonlicht) en ververs het water om de paar dagen. Meestal zie ik binnen 2 weken de eerste worteltjes.
Stap 3: Verpotten
Wacht tot de wortels zo'n 5 cm lang zijn - meestal duurt dit 3-4 weken. Ik gebruik altijd een luchtig mengsel van potgrond en perliet (70/30 verhouding). De eerste weken houd ik de grond licht vochtig om de overgang te vergemakkelijken.
Bladstekken: natuurwonder in actie
Bij soorten zoals Kalanchoë daigremontiana (de beroemde 'Mother of Thousands') kun je de kleine plantjes langs de bladranden gebruiken. Dit proces fascineert me al jaren - alsof de plant zelf zijn eigen stekjes klaarmaakt!
Stap 1: Oogsten met geduld
Wacht tot de miniplantjes ongeveer 1-2 cm groot zijn. Ik pluk ze voorzichtig met mijn vingers, maar een pincet kan ook handig zijn. Let op: niet alle blaadjes ontwikkelen zich even goed - selecteer de stevigste exemplaren.
Stap 2: Oppotten
Ik leg de pups oppervlakkig op vochtige stekgrond (niet begraven!). Een kweekkasje of doorzichtig plastic zakje erover creëert de perfecte vochtige omgeving. Binnen mijn plantenkastje bij kamertemperatuur zie ik vaak binnen 10 dagen al wortelvorming.
Stap 3: Verzorging
Na 3-4 weken, als de plantjes stevig geworteld zijn, verpot ik ze naar individuele potjes. Mijn tip: geef ze de eerste maand weinig water - hun kleine wortels zijn gevoelig voor rot.
Mijn persoonlijke tips voor succes
- De beste tijd om te stekken is het voorjaar of de vroege zomer
- Gebruik altijd schoon gereedschap om infecties te voorkomen
- Heb geduld - soms duurt het langer dan je denkt
- Niet alle stekken slaan aan, dat hoort bij het proces
Met deze methodes heb ik mijn Kalanchoë-collectie in twee jaar tijd verdrievoudigd. Het mooie is: elke nieuwe plant is een uniek exemplaar, met zijn eigen groeipatroon. En het allerleukste? Je kunt je stekjes delen met andere plantenliefhebbers - daar worden we allemaal blij van!